Amerikaanse onderzoekers hebben zogenaamde 'biomarkers' gevonden in het
bloed van mensen die suïcidale gedachten hebben én in het bloed van mensen die suïcide hebben gepleegd. Biomarkers zijn biologische indicatoren van de aanwezigheid van bepaalde ziekten, nu of in de toekomst, in dit geval: suïcidaliteit. De onderzoekers volgden een groep mensen met een bipolaire stoornis en een groep met schizofrenie gedurende 3 jaar en namen regelmatig bloed bij hen af. Ze waren vooral geïnteresseerd in mensen die eerst geen suïcidale gedachten hadden, maar die in de loop van het onderzoek wel kregen. Er bleken duidelijke verschillen te zijn tussen het bloed van deze mensen en zij die geen suïcidale gedachten of plannen ontwikkelden. De biomarkers in het bloed van mensen die aan
zelfdoding dachten bleken ook vaker voor te komen in het bloed van mensen die suïcide hadden gepleegd. Bovendien bleek er een verband te zijn tussen de hoeveelheid biomarkers in het bloed en de kans dat iemand in de toekomst in het ziekenhuis zou belanden ten gevolge van een suïcidepoging. Ook bleken de onderzoekers op basis van de bloedtest te kunnen inschatten of iemand in het verleden al eens een suïcidepoging had gedaan. Vorig jaar maakten in Nederland 1700 mensen een eind aan hun leven. Mensen met een bipolaire stoornis hebben een sterk verhoogd suïciderisico. De kans dat zij overlijden ten gevolge van zelfdoding is ongeveer 10 keer groter dan in de algemene bevolking. Naar schatting 25 tot 50% van de mensen met een bipolaire stoornis onderneemt minstens één suïcidepoging. Stephen Fry vestigde hier onlangs de aandacht op door openlijk te praten over zijn poging.
Het onderzoek beperkte zich enkel tot mannen. Of in het bloed van vrouwen dezelfde biomarkers met eenzelfde voorspellende waarde voorkomen weten we dus niet. Ook gaat het slechts om een kleine groep: 9 mannen met een bipolaire stoornis werden in de loop van het onderzoek suïcidaal. Vervolgonderzoek is dus nog nodig voor er definitieve conclusies getrokken kunnen worden.