Een medicijn dat tegen een hogere prijs op de markt gebracht wordt, zou een beter effect hebben omdat patiënten ervan uitgaan dat het effectiever zal zijn. Dit blijkt uit een onderzoek van de Universiteit van Cincinnati in Ohio. De onderzoekers vertelden aan 12 patiënten met de ziekte van Parkinson dat ze injecties met 2 geneesmiddelen zouden krijgen die door 2 verschillende laboratoria gefabriceerd werden. De formule was precies dezelfde. Het enige verschil was dat het eerste middel $100 (ongeveer 90 euro) kostte en het tweede $1500 (ongeveer 1.300 euro). Ze verzekerden de patiënten herhaaldelijk dat ondanks het prijsverschil beide middelen even effectief waren. In werkelijkheid kregen de patiënten 2 keer dezelfde zoutoplossing toegediend. Daarna werden hun motorische vaardigheden getest en werd een MRI-scan gemaakt om hun hersenactiviteit te meten. Bij patiënten die een injectie kregen met het zogenaamd dure medicijn trad een verbetering van 28% op in hun motorische vaardigheden in vergelijking met de patiënten die dachten dat ze het goedkope medicijn kregen toegediend. Nadat de patiënten te horen kregen dat ze met een placebo behandeld waren, gaven 8 patiënten aan dat ze van tevoren een beter effect verwachtten van de dure injectie. De 4 overige patiënten hadden geen specifieke verwachtingen en ondervonden ook geen verandering in hun gezondheidstoestand. Het is wel mogelijk dat dit effect sterker is bij mensen met de ziekte van Parkinson, omdat deze aandoening de hoeveelheid dopamine in de hersenen doet afnemen, terwijl bekend is dat placebo's de productie van deze stof doen toenemen en dat heeft een gunstig effect op de motoriek en de motivatie. De resultaten van het onderzoek werden gepubliceerd in , het tijdschrift van de American Academy of Neurology.