In de uithoeken van ons zonnestelsel raast een vreemd object rond in een baan met een omlooptijd van een paar miljoen jaar. In 2031 staat UN271 het dichtst bij onze zon, maar dan is hij nog altijd verder weg dan Saturnus.
Het hemellichaam - een miniplaneet, een komeet - is opgemerkt door de grote ruimtetelescoop in Chili. Sterrenkundigen zijn verbaasd. "Dit is een heel raar object," zegt Simon Portegies Zwart van de Leidse Sterrewacht
tegen de Volkskrant. "Ik heb er slecht van geslapen."
Het verste punt van het ding bevindt zich op zo’n 7,5 biljoen kilometer afstand, in de binnendelen van de zogeheten Oortwolk, schrijft de Volkskrant. De Oortwolk bestaat uit vele miljarden ijzige kometen. Als UN271 zo'n komeet is, dan is het wel een hele grote met een diameter tussen de 130 en 370 kilometer.
Michiel Hogerheijde van de Leidse Sterrewacht hoopt dat er meer worden gevonden. "Dan kunnen we erachter komen of het gewoon zeldzaam grote kometen zijn, of dat er sprake is van een heel andere populatie van hemellichamen," zegt hij tegen de krant