Je kunt geen kwaaltje bedenken of CBD-olie zou er tegen helpen. Tenminste als je de opschriften op de flesjes bij de Etos moet geloven. Maar hoe hard onderzoekers ook zoeken naar bewijs, ze vinden het niet. Zeker niet met de hoeveelheden die in de flesjes zitten.
Sinds de Wereldgezondheidsorganisatie in 2018 bepaalde dat CBD (cannabidiol), afkomstig uit de cannabisplant, niet verslavend is, heeft de verkoop een grote vlucht genomen. Maar helpen tegen klachten als slapeloosheid, angst of pijn, doet het waarschijnlijk niet.
"Als het al zou werken, moet je aardig wat druppels nemen om er iets van te merken. Dan is een flesje zo leeg – en goedkoop is het niet, voor die firma’s is het echt goud," zegt Renger Witkamp, hoogleraar Voeding en Farmacologie aan de Wageningen Universiteit in de Volkskrant. "Je weet wat het betekent als er op de verpakking niets te vinden is over de werkzaamheid van een middel. Dan is er geen overtuigend effect op de gezondheid aangetoond."
Zelf was hij in eerste instantie hoopvol over CBD-olie. Zo dacht hij dat het mogelijk zou helpen tegen het prikkelbaredarmsyndroom. Maar de resultaten ‘knalden er niet bepaald uit’, aldus Witkamp. "Misschien dat sommige individuele patiënten profijt hadden, maar op groepsniveau zagen we geen effect."
En zo is het met elk onderzoek steeds weer: CBD-olie lijkt nergens echt tegen te helpen. Maar hoe zit het dan met mensen die beweren te trippen in bed na een paar druppeltjes van de olie? Dat kan eigenlijk niet, tenzij er ook THC in het flesje zit, de andere stof uit cannabis. Er is een kans dat die stof per ongeluk in de flesjes belandt.
Bron(nen): De Volkskrant