Anderen helpen zonder daar iets voor terug te krijgen, het is een van de kenmerken die mensen mens maakt. Nieuw onderzoek toont aan dat dergelijk altruïstisch gedrag al bij baby's voor komt.
Onderzoekers van de University of Washington deden een tweetal experimenten met honderd kinderen van 19 maanden oud. Daaruit bleek dat zelfs als ze honger hadden, de baby's een smakelijke hapje eten nog weggaven aan een vreemde die het in hun ogen harder nodig had. Het toont niet alleen aan dat altruïsme al bij heel kleine kinderen bestaat, maar ook dat vroege sociale ervaringen daar invloed op hebben.
"Wij denken dat het belangrijk is om altruïsme te bestuderen, omdat het een van de meest onderscheidende aspecten is van mens zijn. Het is een belangrijk deel van de morele grondslag van onze samenleving," aldus onderzoeker Rodolfo Cortes Barragan. "Volwassenen helpen iemand in nood zelfs ten koste van zichzelf. Wij wilden weten waar de wortels van dat gedrag liggen."
Primaten, zoals chimpansees, kunnen samenwerken en voedsel delen, maar ze zullen nooit actief voedsel weggeven dat ze zelf nodig hebben. Baby's doen dat wel. "De kinderen in deze studie keken verlangend naar het fruit en toen gaven ze het weg," aldus onderzoeker Andrew Meltzoff. "Dit lijkt een soort babyversie van altruïsme."
De onderzoekers ontdekten dat kinderen die broers of zussen hadden behulpzamer waren dan enig kinderen. Ook bepaalde culturele achtergronden bevorderden altruïstisch gedrag. Denk aan samenlevingen waarin onderlinge afhankelijkheid en verbinding met elkaar belangrijk zijn.
"Bepaalde sociale ervaringen maken verschil," aldus Barragan. "Vervolgonderzoek is nuttig om te achterhalen wat altruïstisch gedrag bevordert bij jonge kinderen. Dit kunnen we dan inzetten om een zorgzamere samenleving te creëren."