Elf jaar na de burgeroorlog in Sierra Leone voert het land een nieuwe strijd: de strijd om de toerist. Eens kwamen de toeristen massaal af op dit West-Afrikaanse land. Er werd zelfs een reclamespotje voor Bounty opgenomen, dat je 'de smaak van het paradijs' beloofde. Nu gaan mensen massaal naar Ghana en Gambia. Bij Sierra Leone denken ze nog steeds meer aan kindsoldaten en bloeddiamanten dan aan zon en zee, maar daar moet nu dus verandering in komen. Een op toeristen gerichte infrastructuur ontbreekt echter. De reis van het vliegveld naar een hotel in Freetown - over land en water - duurt lang. Hotels zijn duur, de dienstverlening is middelmatig en
reizen over de weg riskant. Maar ook dit verandert. Door de mijnbouw leeft de economie op, nieuwe wegen worden gebouwd en het vliegveld wordt gemoderniseerd. Een toeristische school moet zorgen voor een betere dienstverlening. In de komende 2 jaar openen hotelketens, zoals Radisson en Hilton, hun deuren. Het land hoopt vooral dat er door het
toerisme banen worden gecreëerd, want de jeugdwerkloosheid is 60%. Toerisme kan een motor van ontwikkeling worden, vooral het dure segment en het ecotoerisme. En wat let je? Ongeveer 30km ten zuiden van hoofdstad Freetown kun je al sinds 3 jaar deelnemen aan het Tribewanted Project. Hier hebben regering, landeigenaren en de lokale gemeenschap een ecologische dorpsgemeenschap opgebouwd die de duurzame ontwikkeling van het gebied ondersteunt. Alle winst wordt geïnvesteerd in de John Obey Village gemeenschap, onderwijs en microkrediet. Het is geen vrijwilligersproject en geen resort. Een verantwoorde mix van natuur, cultuur, werk en ontspanning.