Alle festivals die een positief advies kregen van het Fonds Podiumkunsten, krijgen subsidie. Ook de 23 festivals die eerder geen
geld zouden krijgen alleen omdat dat domweg niet voorradig leek, zoals Noorderslag, vallen nu dus toch in de
prijzen. Cultuurminister Jet Bussemaker heeft 10 miljoen per jaar extra voor de kunst-en cultuurwereld ter beschikking gekregen, ruim 3 miljoen daarvan besteedt ze aan de festivals.
Ze vindt festivals enorm van belang, omdat ze door het hele land worden gehouden en vaak nieuw en divers publiek op de been brengen. Ook verschillende muziektheatergezelschappen krijgen toch geld, 7 ton van die 10 miljoen. Orkater is hieronder. Voor cultuur- en muziekonderwijs, speciaal ook via het vmbo, komt er 2,4 miljoen bij. En er is nog eens een half miljoen uitgetrokken om de arbeidsmarktpositie van kunstenaars te verbeteren. Ook is er wat extra geld voor kleinere musea, waaronder Huis Doorn (1,5 ton) en het Letterkundig Museum (2,5 ton).
Er gaat in totaal in de cultuursubsidieperiode 2017-2020 jaarlijks dik 389 miljoen euro van het Rijk naar 88 cultuurinstellingen en zes fondsen. Na de ,,ravage'' van de bezuinigingen uit 2012, hoopt Bussemaker nu ,,rust en stabiliteit'' te bereiken ,,al kunnen we niet iedereen blij maken''.
Zorgen heeft ze natuurlijk nog steeds, zoals over Het Gelders Orkest en het Orkest van het Oosten. Die moeten iets nieuws bedenken om toekomstbestendig te zijn: ,,één symfonische voorziening''. Toch heeft ze de teugels voor dit streven wat laten vieren. De orkesten mogen het plan toch zelf uitwerken, het hoeft ook geen echte fusie te worden en er komt wat meer tijd voor, namelijk tot 1 september 2019.