Het zuiden des lands zal al wel in een licht euforische toestand verkeren. Het wortelpak is gestreken en de bodem gelegd. Het is tijd voor carnaval. Hét feest waarbij alle remmen los mogen. En dat gebeurt dan ook, blijkt uit een leuk onderzoekje. Carnavalskledingverkoper vroeg ruim 1400 carnavalsvierders naar hun feestgewoonten. Drugsgebruik hoort daar niet bij. Slechts 2,9 procent neemt iets anders dan alcohol. Maar die alcohol gaat er wel in grote hoeveelheden door heen. 38,5 procent drinkt meer dan tien glazen per dag. En voor één keer nemen ouders het niet zo nauw met de regels. Bij 82 procent van de minderjarigen zijn de ouders op de hoogte van alcoholgebruik. De outfits verschillen per regio. Een rasechte Bosschenaar zal zich niet enorm uitdossen, maar houdt het bij een sjaal of muts in de stadskleuren. In Maastricht daarentegen is de outfit des te belangrijker. Maar uiteindelijk maakt het weinig uit wat je aan doet. Veertig procent zegt dat het niet gek genoeg kan. Wat de carnavalsvierders het vaakst kwijtraken in het feestgedruis? Hun partner, gevolgd door portemonnee en telefoon. 10 procent vindt het wellicht ook geen probleem dat zijn of haar partner zoek is. Zij gaan tijdens de carnavalsdagen vreemd. Na alle feestelijkheden zijn velen niet direct weer op de been. Ruim acht procent weet al dat ze zich na carnaval minstens één dag ziek gaan melden op het werk.
Bron(nen): AD