Mensen die bij een bank
werken, worden meer dan anderen gedreven door hebzucht. Dat blijkt uit het tweejaarlijkse Nationaal Salaris
Onderzoek, aldus . Honderdduizend werkenden vulden deze zomer een enquête in. Daarin kwamen vragen aan de orde over salaris, arbeidsvoorwaarden en het eigen functioneren. Ook is gekeken naar persoonlijkheidskenmerken en arbeidsmotieven. Voor het eerst werd onderzocht in hoeverre hebzucht mensen motiveert. Hebzucht is volgens het onderzoek 'de ontevredenheid dat men niet genoeg heeft van iets en dat men daar meer van wil hebben'. De onderzoekers schrijven verder: ''Uit eerder onderzoek van de Universiteit Tilburg bleek dat hebzuchtige mensen de neiging hebben om meer impulsief te zijn, riskant gedrag te vertonen en minder zelfbeheersing te hebben. Ze lijken ook minder tevreden te zijn met hun leven, hebben een negatiever zelfbeeld en zijn weinig empathisch.'' Volgens hoogleraar arbeidseconomie Joop Schippers van de Universiteit Utrecht doen banken er goed aan een ander type mensen aan te trekken. Hij zegt in de Volkskrant: ''Stel eens een filosoof of ethicus aan. Vraag je eens af hoeveel bedrijven die je hebt geholpen, maatschappelijk nuttige producten ontwikkelen. Dan gaat het eens over iets anders dan meer winst, de grotere auto en een hogere bonus.'' Behalve bankiers, blijken ook hoogleraren, makelaars en verkopers hebzuchtig. Mensen die in de zorg, het onderwijs of bij de overheid werken, scoren het laagst op dit gebied.