Doorwerken na je pensioen, het lijkt een trend. Seniorenuitzendbureau's schieten als paddenstoelen uit de grond. Reden voor Trouw om onderzoek te laten doen naar de 'yep van tegenwoordig'.
Yep staat voor young elderly person en moet duidelijk maken dat ouderen allang niet meer achter de geraniums zitten, maar fitter en vitaler zijn dan ooit. Maar willen ze dan echt zo graag doorwerken als ze met pensioen zijn? Ruim de helft heeft daar helemaal geen zin in, blijkt uit het onderzoek. Ongeveer 17 procent wel en ruim een kwart twijfelt.
Lol hebbenHet Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut (Nidi) deed een jaar of tien geleden onderzoek onder 1300 doorstarters. Verwacht niet dat ze fulltime bleven doorwerken bij hun oude werkgever. Integendeel, de helft werkte 16 uur per week of minder tegen een veel lager uurloon. Hun motieven? Verveling voorkomen, lol hebben in het werk, sociale contacten en gewoon het geld.
Door de verhoogde pensioenleeftijd is het wel veel normaler geworden om na je 65ste nog te werken. Tien jaar geleden was nog maar 22 procent van de werknemers 65 jaar of ouder op het moment van pensionering. In 2017 was dat 62 procent.
Minderheid wil doorwerkenHoogleraar pensioensociologie Kène Henkens van de Rijksuniversiteit Groningen heeft bedenkingen bij doorwerken. "Doorwerken is goed voor een beperkte minderheid. Ruwweg 10 procent van de mensen wil graag door in de huidige functie," zegt hij in Trouw. De rest maakt zich echter niet minder nuttig. "Ze doen vrijwilligerswerk of verlenen mantelzorg. Het idee dat alleen de betaalde arbeidsmarkt uitkomst biedt, is een beetje beperkt."
Het Nidi heeft een pensioenpanel met 7.000 nog niet gepensioneerde ouderen. Gek genoeg, gaat het tegenwoordig veel over langer doorwerken, terwijl de meeste mensen in het panel 63 jaar noemen als ideale pensioenleeftijd. Op de vraag hoe zij tegen hun pensioen aankijken zegt de helft onomwonden: 'niet meer hoeven werken'.
De 76-jarige Hennie Westbroek, die na zijn pensioen parttime taxichauffeur werd, adviseert mensen lekker bezig te blijven, maar wel vrijwillig. "Doe wat op je pad komt en plan vooral niet te veel. Mijn broer zat altijd vol voornemens. Maar die kreeg op z'n zestigste kanker en overleed."