Het Europese bedrijfsleven heeft minstens 100 miljard euro verloren als direct gevolg van de Russische invasie in Oekraïne. Dat komt naar voren uit een analyse van de Financial Times op jaarverslagen van zeshonderd grote Europese bedrijven. Voor 176 daarvan zag de Britse zakenkrant waardeverminderingen, valutaverliezen of eenmalige kosten die voortkomen uit de oorlog in Oekraïne.
De grootste verliezen zijn zichtbaar in de energiesector. De drie grootste bedrijven in deze branche, BP, Shell en TotalEnergies, rapporteerden bij elkaar opgeld een last van 40,6 miljard euro op hun Russische belangen. Deze verliezen worden echter ruimschoots gecompenseerd door de effecten van hogere olie- en gasprijzen. De totale winst van deze drie bedrijven bedroeg vorig jaar 95 miljard euro.
Naast de energiesector is ook bij financiële instellingen, nutsbedrijven en industrieconcerns de impact van de Russische inval groot. In totaal rapporteerden deze sectoren volgens de Financial Times gecombineerde verliezen van 45,8 miljard euro. Ook chemie- en autobedrijven verloren miljarden.
De verwachting is dat de verliezen verder zullen oplopen, met name door diverse Russische beslagleggingen. In april plaatste Moskou de Russische dochterondernemingen van het Duitse energieconcern Uniper en de Finse stroomproducent Fortum al onder staatscontrole. Later zijn ook de Russische onderdelen van het Franse voedingsmiddelenconcern Danone en de Deense bierbrouwer Carlsberg "tijdelijk" onder controle gesteld van de Russische staat, na een decreet van president Vladimir Poetin.