Supermarktbazen willen dat etiketten Engelstalig mogen zijn

Economie
door anp
vrijdag, 31 januari 2025 om 5:00
anp310125044 1

OEGSTGEEST (ANP) - De overheid zou niet meer moeten eisen dat de informatie op etiketten van producten Nederlandstalig moet zijn. Dit vinden onder meer de topmannen van PLUS en Jumbo en een medeoprichter van Picnic. Supermarkten kunnen dan beter opboksen tegen de steeds hogere inkoopprijzen die sommige A-merken volgens hen vragen.

De supermarktbazen pleiten voor gelijke etiketten in de hele Europese Unie. Nu moeten fabrikanten informatie in het Nederlands op verpakkingen zetten, maar andere EU-landen zijn hier volgens PLUS-topman Aart van Haren veel minder streng in. "Ik kan me voorstellen dat je als wetgever zegt dat er een Engelstalige tekst op moet staan en dat de leverancier er een QR-code opzet waarmee consumenten worden doorverwezen naar een website met alle talen", heeft hij donderdagavond gezegd tijdens een rondetafelconferentie in het Zuid-Hollandse Oegstgeest over onderhandelingsproblemen met leveranciers.

Vertrekkend Jumbo-topman Ton van Veen en medeoprichter van Picnic Joris Beckers stelden dat dit de onderhandelingsproblemen met producenten van A-merken kan verminderen. Volgens de supermarktbazen zijn etiketten met verschillende talen een van de redenen dat fabrikanten verschillende prijzen kunnen vragen in verschillende landen. Sommige A-merken zouden hogere prijzen aan Nederlandse supermarkten vragen dan aan branchegenoten in andere landen.

Nieuwe wetgeving

De supermarktbazen willen ook dat de EU fabrikanten verbiedt supermarkten te weigeren als ze buiten Nederland producten willen inkopen. "Coca-Cola in Duitsland kan nu zeggen: we leveren niet want je bent geen bestaande relatie. Kijk objectief naar wat retailers verdienen, dat is onderaan de streep veel minder dan A-merken. De grote jongens zitten op 20 tot 25 procent en wij op 3 tot 4 procent", aldus Van Veen over de marges van supermarktketens.

Europarlementariër Malik Azmani van de VVD verklaarde deze voorstellen te willen bespreken in het Europees Parlement. "Maar nieuwe wetgeving kan 1 tot 2 jaar duren en we zitten nu nog in het beginstadium", zei hij daarbij.