Vanuit Nederland stroomt veel meer loon naar het buitenland dan tien jaar geleden. Het gaat onder andere om mensen die in ons land werken, maar over de grens met Duitsland of België wonen. Maar ook is er een toename van het aantal tijdelijke arbeidsmigranten uit andere lidstaten van de Europese Unie, zoals Roemenië, Bulgarije en Polen.
In het tweede kwartaal van 2024 ging 3,3 miljard euro aan loon uit Nederland naar het buitenland. Dat is 73 procent meer dan in dezelfde periode van 2014, berekende het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Die toename is niet alleen toe te schrijven aan de algehele stijging van lonen, want de totale som van alle lonen in Nederland steeg met 54 procent.
Vooral de toename van Nederlandse lonen richting Roemenië en Bulgarije valt op. Waar het in het tweede kwartaal van 2014 nog om 19 miljoen euro ging, was dat tien jaar later opgelopen tot 451 miljoen euro. Die stijging valt samen met een wetswijziging waardoor Roemenen en Bulgaren na 1 januari 2014 zonder werkvergunning aan de slag konden in Nederland.
De grootste bedragen gingen naar België, Polen en Duitsland. Werknemers met een Nederlands loon en een Belgische of Duitse woonplaats zijn vaak zogeheten grenspendelaars, die dagelijks voor hun werk naar Nederland reizen. Polen zijn vaker seizoenswerkers.