Het Amerikaanse ministerie van Vervoer heeft Lufthansa beschuldigd van discriminatie van Joodse passagiers en de Duitse luchtvaartmaatschappij een boete van 4 miljoen dollar (3,67 miljoen euro) opgelegd. Het is naar eigen zeggen de hoogste boete die het ministerie ooit een vliegmaatschappij heeft opgelegd.
De boete is gebaseerd op een klacht over burgerrechten die de Amerikanen tegen Lufthansa hebben ingediend.
De zaak is gebaseerd op een vlucht van Frankfurt naar Boedapest in mei 2022, waarbij 128 passagiers uit New York, van wie de meesten kleding droegen die typisch is voor orthodox-joodse mannen, niet aan boord mochten van hun aansluitende vlucht in Duitsland vanwege het "vermeende wangedrag" van een paar passagiers.
Op de vlucht van New York naar Frankfurt zou een aantal van de 128 passagiers geweigerd hebben een gezichtsmasker te dragen. Daarop zou Lufthansa de hele groep van de vlucht naar Boedapest hebben geweerd, stelt het Amerikaanse ministerie van Vervoer.
Lufthansa "ontkent elke suggestie dat een van haar werknemers zich schuldig heeft gemaakt aan enige vorm van discriminatie". Volgens het bedrijf had een "ongelukkige reeks onjuiste communicatie, verkeerde interpretaties en verkeerde inschattingen" geleid tot het besluit de passagiers de toegang tot het vliegtuig te ontzeggen.