Al sinds de achttiende eeuw maken kunstenaars en café-eigenaren ruzie over van wie Place du Tertre is. De ruimte is beperkt. De cafébazen willen zoveel mogelijk ruimte voor hun terrassen. De kunstenaars willen ruimte om te schilderen en om hun kunsten te vertonen aan toeristen die een portret willen.
Feit is dat beide elkaar nodig hebben. De kunstenaars trekken klanten de heuvel op naar het enigszins afgelegen pleintje. Eenmaal aangekomen bestellen de toeristen de belachelijk dure consumpties. En bij elkaar maken kunstenaars en cafébazen het voor 12 miljoen bezoekers de moeite waard het heuveltje te beklimmen.
Maar ook jaarlijks maken ze ruzie over de ruimte. Als het voorjaar aanbreekt mogen de restaurateurs hun bouwwerkje weer in elkaar knutselen dat toeristen beschermd tegen zon en regen.
Dit jaar, hoopten de kunstenaars, zou het anders gaan. Er zijn immers geen toeristen. En zo zouden de 260 kunstenaars voor één keer meer ruimte hebben dat de 1 m2 die hen per persoon is toegewezen.
Maar nee. Toeristen of niet: de restaurateurs hebben op de eerste dag dat het mocht het plein weer in bezit genomen. De kunstenaars zijn boos op de gemeente en op de 7 cafébazen dat zelfs deze noodtoestand niet heeft geleid tot enig wederzijds begrip.
De 72-jarige Midani M'Barki, die al 50 jaar de portretten van toeristen en lokale bewoners op het plein schildert, zegt tegen The Times : “We erkennen dat ze vanuit juridisch oogpunt niets verkeerd hebben gedaan. Maar veel artiesten vinden het erg schokkend dat ze dit nu moesten doen. We zien het als een provocatie."
En zo gaat veel van het gewone leven toch door.