De een gaat elke dag voor een grote boodschap naar het kleine kamertje, de ander maar twee keer per week. Maar soms wil het even niet zo vlotten. Hoe komt dat en wat doe je eraan? Professor maag- en darmziekten Danny De Looze van het UZ in Gent geeft uitleg in Het Laatste Nieuws.
Te weinig vezelsDe Looze: “Vezels zijn belangrijk voor een vlotte stoelgang, maar kunnen ook voor meer winderigheid en een opgeblazen gevoel zorgen. Algemeen kan je stellen dat wie elke dag veel vezels - zoals volkorenbrood, linzen, havermout, muesli - eet, meer stoelgang zal produceren. Persoonlijk raad ik eerder het eten van twee kiwi’s per dag aan. Uit verschillende studies is gebleken dat kiwi’s hetzelfde effect hebben als graanvezels op de darmtransit, maar dan zonder de vergisting. Kiwi’s zorgen dus niet voor die winderigheid, maar zijn makkelijker verteerbaar en hebben een laxerend effect.”
UitstellenDe Looze: “Eén van de belangrijkste redenen waarom in onze maatschappij zoveel mensen last hebben van constipatie is volgens mij uitstelgedrag. Er zijn maar weinig studies naar gedaan, maar ik ben ervan overtuigd dat de volkswijsheden ‘aje moe kakkn, moe je kakkn’ of ‘kakken gaat voor bakken, al is de oven heet’ absoluut juist zijn. Uit onderzoek blijkt dat vrouwen meer last hebben van constipatie dan mannen, en in het dagelijks leven stellen we vast dat het ook vooral vrouwen zijn die uitstelgedrag vertonen als het gaat over het toiletbezoek.”
Verkeerde houdingDe Looze: “Ook je houding op het toilet speelt een rol. Een goede toilethouding is waarbij je je broek tot op de grond laat zakken en je voeten wat hoger zet, zoals in hurkpositie. Voor een vlotte stoelgang zouden je knieën zo’n 30 cm hoger moeten komen dan je heupen. Idealiter zouden onze wc’s thuis wat lager hangen zoals in de kleuterklas, maar met het voetenbankje van Ikea bekom je ook de perfecte kniehoogte.”
Bron(nen): HLN