Een seizoensgebonden depressie is een depressie die jaarlijks optreedt bij het wisselen van de seizoenen, meestal bij de overgang van de herfst naar de winter. Het is een depressie die veel ernstiger is dan de veelvoorkomende 'winterblues'. Met de lente in zicht zouden de patiënten alweer een verbetering van hun stemming kunnen waarnemen. Het aantal (wetenschappelijke) artikelen over de 'seasonal affective disorder' (SAD) bereikte een hoogtepunt in de jaren '90 en SAD wordt nog steeds beschouwd als een officiële diagnose. Behalve cognitieve gedragstherapie en antidepressiva die bij alle vormen van
depressies worden toegepast, is er voor deze stoornis een specifieke behandeling: lichttherapie. De patiënt zit met zijn gezicht voor lampen die een intens licht verspreiden. Het licht komt binnen via de ogen en de hersenen gebruiken dit signaal om het dag- en nachtritme beter te regelen. Een recent onderzoek trekt het bestaan van de seizoensgebonden depressie in twijfel. De studie is gebaseerd op de jaarlijkse metingen van de Amerikaanse Centers for Disease Control. De onderzoekers keken bij 34.000 volwassenen of depressies in bepaalde maanden vaker voorkwamen dan in andere. Ze verwachtten 's winters een piek in het aantal depressies te zien. Daarnaast werd gekeken of er meer depressies voorkwamen in de noordelijke staten (met minder licht in de winter) dan in de zuidelijke staten. En er waren ook nog gegevens over het aantal uren zonlicht in verschillende staten en seizoenen. Hoe je het ook draaide of keerde: er werd geen bewijs voor het bestaan van een seizoensgebonden depressie gevonden. Omdat het effect van de seizoenen / de mate van zonlicht ondergesneeuwd zou kunnen zijn in de veel grotere groep van mensen met een niet-seizoensgebonden depressie, werden nog meer analyses uitgevoerd. Maar dat leverde ook niets op. De resultaten van eerdere studies waren niet eenduidig. Als er seizoensgebonden effecten werden gevonden, kon dat te maken hebben met het feit dat specifiek naar de invloed van seizoenen gevraagd werden. Mensen hebben het idee dat ze 's winters depressiever zijn, maar dat hoeft niet echt zo te zijn. Een ander verschil met de huidige studie is dat nu bepaald werd hoe depressief mensen zich op dit moment voelden en niet gevraagd werd hoe hun stemming in oktober vorig jaar was.