Je ziet de gevolgen van
hardlopen wel aan de buitenkant in de vorm van een strakker en slanker lijf, maar wat je niet direct merkt zijn de gunstige effecten voor de binnenkant van je lichaam. Je hersenen, hart, lever en botten varen allemaal wel bij een rondje rennen. Hardlopen stimuleert de aanmaak van zenuwcellen en bloedvaten in de hersenen. Dat vergroot de omvang van je hersenweefsel. Je geheugen en motoriek verbeteren en je hebt minder last van stress. Door de vorming van meer en grotere haarvaten kan er tijdens het hardlopen meer bloed en zuurstof worden rondgepompt. De capaciteit van het hart wordt groter door spiergroei in zowel de linker- als rechter hartkamer. Het aantal hartslagen per minuut in ruste kan bij fanatieke hardlopers dalen van gemiddeld 70 naar 50. Tijdens het hardlopen krijgen je spiervezels minuscule scheurtjes. Ze reageren hierop door nog sterker samen te hechten. Ook neemt het aantal haarvaatjes toe, waardoor er meer zuurstof naar de werkende spieren kan worden getransporteerd. Je lever produceert meer goed cholesterol en verbrandt meer vet aan de buitenkant van het orgaan. Ook verbetert hardlopen het vermogen van de lever om glycogeen op te slaan. Door hardlopen verbetert het vermogen van de nieren om de afvalstof creatine uit de bloedstroom te halen. Wie veel hardloopt kweekt meer longblaasjes. Daardoor ontvangen je spieren meer en sneller zuurstof. Ook neemt het uithoudingsvermogen van je ademhalingsspieren toe. Elke keer als je voeten landen tijdens het hardlopen, krijgen je botten en gewrichten 3 tot 4 keer je lichaamsgewicht te verduren. Je botten reageren daarop door hun dichtheid te vergroten.