Nieuwe definitie van gezondheid

Ziekte, Gezondheid, gezondheidszorg
dinsdag, 16 december 2014 om 17:09
gezondheid
De WHO definieert gezondheid als een toestand van compleet welbevinden, zowel lichamelijk als geestelijk en sociaal. Deze definitie is eigenlijk niet meer van deze tijd, want zo is eigenlijk bijna niemand gezond. Voormalig huisarts en onderzoekster Machteld Huber ontwikkelde samen met de Gezondheidsraad en en ZonMw een nieuwe definitie van gezondheid, met veerkracht en zelfredzaamheid als uitgangspunten. In haar proefschrift, dat ze morgen verdedigt aan de Universiteit Maastricht, beschrijft ze hoe ze komt tot deze nieuwe definitie: 'Gezondheid als het vermogen om zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven.' 'Het verschil met de WHO-definitie is dat in dit concept de potentie benadrukt wordt om gezond te zijn of te worden, zelfs wanneer er sprake is van ziekte. Daarbij zijn persoonlijke groei en ontwikkeling en het vervullen van persoonlijke doelen in het leven net zo belangrijk', aldus Huber. In de afgelopen 2 jaar toetste Huber het concept bij patiënten, behandelaren en beleidsmakers, dat positief werd ontvangen. Om het concept te operationaliseren, introduceerde ze het begrip ‘positieve gezondheid’, bestaande uit 6 dimensies waaraan je gezondheid kunt aflezen: lichamelijke functies, mentale functies en beleving, de spirituele/existentiële dimensie, kwaliteit van leven, sociaal-maatschappelijke participatie en dagelijks functioneren. Uit het onderzoek blijkt dat beleidsmakers, onderzoekers en artsen vooral naar de lichamelijke functies kijken, terwijl patiënten alle dimensies even belangrijk vinden.