Een multidisciplinair team van wetenschappers ontdekte door middel van een fMRI studie bij smoorverliefde 17-jarigen dat een prille, intense, romantische liefde in de
hersenen meer te maken heeft met motivatie, beloning en 'drang' dan met emoties of seks. De systemen in de hersenen die werden geactiveerd zijn ook aanwezig bij sommige zoogdieren. Dus denken de onderzoekers dat 'de romantische liefde in een vroeg stadium misschien wel een ontwikkelde vorm is van de drang van een zoogdier om een geschikte partner te vinden'. Je ervaart een sterke drang om je 'buit' te veroveren. Het beloningscentrum in de hersenen is ook betrokken bij verslavingen. Eén van de onderzoekers, Dr. Lucy Brown van het Albert Einstein College of Medicine in New York, toonde al eerder middels fMRI-scans van afgewezen verliefde 15-jarigen aan dat de drang ook niet zo eenvoudig te stoppen is. Ook als zij afgewezen werden, bleven deze hersencentra geactiveerd (ongeveer in dezelfde mate als bij een cocaïneverslaving) en voelden de jongeren zich nog steeds 'waanzinnig verliefd'. Dit zou kunnen verklaren waarom zelfs het uitmaken van een kortdurende relatie kan leiden tot extreem gedrag, zoals stalking, moord en suïcide.