De anti-Europa-campagne van Geert Wilders heeft geen zoden aan de dijk gezet bij de recente verkiezingen. Een gigantisch verlies was het gevolg. Ofschoon ondergetekende zich geenszins verwant voelt met Wilders’ ideeën, moet desalniettemin worden vastgesteld dat de Europese Unie een fikse bedreiging vormt voor onze vrijheid. Na de Tweede Wereldoorlog is vanuit de politiek (zowel links als rechts) consequent gepoogd autonome staten binnen een zogenaamd ‘Verenigd Europa’ te persen. Stelselmatig wordt zodoende iets afgeknabbeld van de nationale soevereiniteit. Tegengeluiden werden en worden nog steeds in de kiem gesmoord. De Europese Unie is een supranationale organisatie die de staatsautonomie langzaam maar zeker uitholt, aangezien nationale regeringen, parlementen en gerechtshoven telkens opnieuw terzijde kunnen worden geschoven. Bovendien heeft de massa-immigratie tot gevolg dat de dominante cultuur geruisloos wordt ondermijnd. Supranationalisme en multiculturalisme hebben de autonomie van staten steeds meer verzwakt. In de westerse samenleving is derhalve nauwelijks nog sprake van een gedeelde cultuur. Een democratische rechtsstaat kan alleen gedijen binnen een sterke autonome staat. Bovendien kan economische vooruitgang slechts worden gestimuleerd door natiestaten. Vrijhandel heeft immers noodzakelijkerwijs niets te maken met supranationale lichamen en openheid voor migranten veronderstelt niet automatisch multiculturalisme. Juist vanwege de globalisering en mondiale migratie zijn soevereine staten noodzakelijk. Alleen dan kunnen nieuwkomers worden geïntegreerd binnen de samenleving en kan de rechtsstaat op gelijkaardige wijze voor elke burger functioneren. Internationale samenwerking vereist bovendien sterke staten, omdat nationale regeringen en parlementen verantwoording voor beslissingen moeten afleggen en op die manier legitimiteit aan hun eigen burgers kunnen vragen. Een hybride samenleving, waarin een dominante cultuur bestaat binnen een pluralistisch gestructureerde werkelijkheid, vereist een krachtige autonome staat die functioneert binnen een geïnternationaliseerde wereld. Regeringen en parlementen vertegenwoordigen elke burger, zodat een minimum aan gedeelde waarheden, normen en waarden door iedereen wordt gerespecteerd. Er is sprake van een modus vivendi, een gemeenschappelijk ‘wij’, ondanks een grote diversiteit aan rassen, godsdiensten, levensbeschouwingen, etc. Er heerst respect voor elkaar ‘anders-zijn’, er bestaat een gedeeld moreel besef dat de legitimiteit van de grondwet erkent en het belang van een soevereine staat in het oog houdt. Een gemeenschappelijke loyaliteit is namelijk gerelateerd aan een collectieve identiteit, die nu eenmaal noodzakelijk is om de democratische rechtsstaat te bewaken. Democratie en rechtspraak kunnen alleen functioneren binnen een autonome context waarin sprake is van een zekere sociale cohesie. Een gemeenschap dient begrensd te zijn om democratische besluitvorming te garanderen en rechtsgebieden te laten functioneren. Soevereine parlementen spreken immers namens het volk. Supranationale organisaties hoeven geen verantwoording af te leggen aan nationale gemeenschappen, terwijl de respectievelijke landen wel worden doodgedrukt met extern genomen beslissingen. Nationale soevereiniteit is derhalve onontbeerlijk om de vrijheid van het individu binnen de democratische rechtsstaat te waarborgen. Een afgebakend ‘wij’ is nodig om het ‘ik’ tot ontplooiing te brengen. Een begrensd gemeenschapsgevoel. Nationale verantwoordelijkheid is van belang om de welvaartsstaat te waarborgen en de individuele vrijheid met hand en tand te verdedigen.
Boeken van Etienne Kuypers www.etiennekuypers.com Speakers academy Etienne Kuypers