In een opiniestuk in legt Joris Luyendijk uit waarom we eigenlijk blij moeten zijn dat de
Britten uit de EU vertrekken. Om te zien waarom de Brexit goed nieuws is, moeten we niet de leugens van het Vertrek-kamp bekijken, maar de argumenten van het Blijf-kamp, begint Luyendijk. Het gaat om de belofte van de 'blijvers' dat de EU nooit meer zal worden dan een markt. Angst voor verlies van soevereiniteit is onterecht, benadrukten zij, want ieder nieuw initiatief in die richting zou door het Verenigd Koninkrijk worden gevetood. Even verderop schrijft hij: Had Blijf vorige week het referendum gewonnen dan was de EU de gijzelaar geworden van Britse sabotage. Toekomstige Britse premiers zouden iedere fundamentele hervorming die een soevereiniteitsoverdracht inhield torpederen, met het terechte argument dat de Britse kiezer enkel had gekozen voor de huidige EU. Ook zouden ze steeds nieuwe opt-outs, concessies en een 'speciale status' eisen - vanuit het zelfbeeld dat lidmaatschap een Britse gunst is aan de EU. Britten klagen voortdurend dat de EU 'onhervormbaar' is, vervolgt de auteur van 'Dit kan niet waar zijn' een boek over de Britse bankensector. Als je er dan op wijst hoeveel de afgelopen jaren is veranderd en hervormd, blijkt wat ze bedoelen met 'hervormingen'. De meeste Europeanen gebruiken 'hervormen' in de betekenis van: het eindelijk democratisch maken van de gedeelde soevereiniteit. Britten bedoelen met 'hervormingen' het terugdraaien van die soevereiniteitsoverdracht. Daarom zou het Britse lidmaatschap vroeg of laat toch zijn vastgelopen. Luyendijk besluit: Een kleine minderheid in Groot-Brittannië wilde meebouwen, maar de mainstream plus vrijwel de hele elite absoluut niet. Laat Europa in de onderhandelingen met de Britten nu keihard de eigen belangen veiligstellen, en ze dan het allerbeste toewensen. Ze staan er vanaf nu alleen voor.