Bij het aantreden van zijn eerste kabinet wekte Mark Rutte de verwachting bij het bedrijfsleven dat hij veel zou gaan doen om de belangen van Nederlandse bedrijven in het buitenland te bevorderen. Hij zou veel meegaan op handelsmissies, was de verwachting van de eerste liberale premier in decennia. Maar de werkelijkheid viel het bedrijfsleven ernstig tegen. Mede door de opeenvolging van politieke spanningen ging Rutte amper de boer op met bedrijven. Hij lijkt, volgens het FD, van plan die achterstand snel in te lopen. Sinds zijn tweede kabinet er zit is hij al meer weggeweest dan in zijn hele eerste kabinet. Afgelopen dagen was Rutte samen met zijn Vlaamse ambtgenoot Kris Peeters op handelsmissie in Texas, economisch gezien een van de succesvolste Amerikaanse staten. Aanstaande zaterdag vertrekt de premier alweer voor de vierde buitenlandse missie van zijn tweede ambtstermijn: een kennismakingsreis langs de Caribische delen van het Koninkrijk. In zijn kielzog reist een delegatie van bedrijven mee, onder leiding van Hans Biesheuvel, de voorzitter van MKB-Nederland. Voor dit najaar wordt gewerkt aan één of meer bezoeken aan Azië, eveneens met een stevige economische inbreng. Het bedrijfsleven hoopt van harte dat China dan ook op het programma staat. De Rijksvoorlichtingsdienst wil niet bevestigen dat een bezoek aan de Volksrepubliek in het verschiet ligt. Zolang geen definitieve afspraken zijn gemaakt, geeft de dienst geen details. In een interview met Het Financieele Dagblad onderstreept Rutte vandaag het belang van handelsmissies. ‘Politici kunnen deuren voor het bedrijfsleven openen.’