Een Engelse baby, die leed aan ernstige complicaties na een hartoperatie, is alsnog hersteld nadat hij gedurende vier dagen werd ‘bevroren’.
Finley Burton was 16 weken oud toen hij een open hartoperatie onderging om een groot gat in zijn hart te dichten. Na de operatie had hij een sterk verhoogde hartslag die hem fataal kon worden. De artsen sloten hem aan op een externe pacemaker en koelden zijn lichaam af tot 33,40C (een temperatuur van ongeveer 370C is normaal voor een baby). Daarmee wilden ze zijn hartslag stabiliseren en zijn organen beschermen. Ook kreeg hij verdovende en spierverslappende middelen toegediend, die ervoor zorgden dat hij onbeweeglijk bleef, want als hij zou rillen van de kou kon dat de pacemaker ontregelen. Zijn ouders waren op het ergste voorbereid, maar na 4 dagen had de onorthodoxe behandeling succes. Finley’s hartje nam spontaan een normaal ritme aan. Vervolgens werd hij weer langzaam bij bewustzijn gebracht en werd zijn temperatuur geleidelijk aan verhoogd.
‘Aangeboren hartziekten’ is een verzamelnaam voor meer dan 30 verschillende soorten hartafwijkingen die aanwezig zijn bij de geboorte. Men schat dat zes op duizend baby's een aangeboren hartafwijking heeft. Bij ongeveer de helft van de baby’s is een onmiddellijke ingreep na de geboorte noodzakelijk. De zwangerschap en geboorte van Finley verliep normaal. Zijn hartafwijking werd per toeval ontdekt. Toen hij 10 weken was consulteerde zijn moeder een arts, omdat hij weinig in gewicht toenam en ademhalingsmoeilijkheden had. De kleine Finley werd onmiddellijk doorverwezen voor verder onderzoek, waarbij meerdere afwijkingen aan zijn hart werden gevonden.
Bron(nen): Daily Mail