Bijna een op de vijf jongeren tussen 16 en 25 jaar krijgt te maken met huiselijk geweld. Dat zijn ruim 350.000 jongeren. Vooral minderjarige vrouwen (16 tot 18 jaar) werden met 29 procent vaak slachtoffer, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Ongeveer een op de tien jongeren kreeg te maken met fysiek geweld door een gezins- of familielid. Dan ging het meestal om slaan (45 procent) of de arm verdraaien, duwen of aan de haren trekken (ook 45 procent). Ernstig geweld als verwurgen of verwonden met een vuurwapen komt het minst voor.
Ook een op de tien jongeren werd gekleineerd, geïntimideerd of voortdurend in de gaten gehouden. Een derde vorm van huiselijk geweld is stalking door een voormalige partner. Daar had 5 procent van de jongeren met een ex-partner last van.
Van de jongeren die slachtoffer werden van lichamelijk geweld gaf een op de acht (13 procent) aan dat dit structureel gebeurde, minstens een keer per maand. Stalking en kleineren vinden per definitie herhaaldelijk plaats.
Veel jonge slachtoffers van geweld in huiselijke kring hadden daar als kind ook al last van. Ongeveer vier op de tien geeft aan dat ze al voor hun twaalfde slachtoffer werden van fysiek geweld, meestal door een broer of zus. Drie op de tien had op jongere leeftijd al te maken met dwingende controle, meestal door de ouders.
De cijfers komen uit een enquête van het CBS en het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) naar huiselijk geweld en seksueel grensoverschrijdend gedrag in 2022. Daaraan namen 2000 jongeren deel.