Minister Jeroen
Dijsselbloem (Financiën) houdt de mogelijkheid open dat er binnen de Europese Unie een harde kern van
landen komt die onderling hun grenzen openhouden, maar de grens met andere EU-landen streng bewaken.
In die kern zitten de landen ,,die in de asielcrisis de zwaarste lasten dragen, omdat bij hen de meeste vluchtelingen opvang krijgen. Het gaat om Zweden, Duitsland, Oostenrijk, België en Nederland. We zitten in dezelfde situatie en proberen zo nauw mogelijk samen te werken", zegt Dijsselbloem vrijdag in een interview met een aantal internationale media, waaronder De Tijd en Handelsblatt.
Dijsselbloem is vooral voor nauwe samenwerking tussen alle EU-landen op het gebied van de instroom van vluchtelingen, maar als dat niet lukt komt wat hem betreft een mini-Schengenzone in beeld. ,,Sommige landen zeggen nu: 'Het is niet ons probleem. Het is het uwe. Veel geluk ermee.’ Dat zet onze solidariteit onder zware druk."
,,Omdat alle lasten van de asielopvang in die Schengenzone op de rug van enkele landen belanden, komen die landen onder druk om hun grenzen te sluiten. Omdat ze de kosten van de opvang niet meer aankunnen", aldus Dijsselbloem. ,,Europa heeft een goed uitgebouwde welvaartsstaat. Om die overeind te houden, moet je de buitengrenzen bewaken. Als we dat niet kunnen, komen er heel veel mensen om uitkeringen vragen. En ze blazen het systeem op. Dat is wat nu gebeurt in Nederland."