Een keurkorps met de bijnaam de Amazones wordt als geheim wapen ingezet om over de veiligheid van de Olympische Spelen te waken, een taak waar ze de laatste twee jaar voor hebben getraind. Ze vallen niet op, in de supermarkt of op het schoolplein, maar tijdens diensttijd maken deze vrouwen lid uit van een 40-koppig elite anti-terreur-team. Elk van hen is getraind om achter vijandige linies te opereren, in terroristische cellen te infiltreren, en te doden. Undercover sluiten ze zelfs vriendschap met hun doelwit, en observeren die weken achtereen. De Amazones die ondermeer met de SAS samenwerken, zijn in Jemen, Afghanistan en het Midden-Oosten ingezet. Ze hebben hun sporen verdiend met een sleutelrol in het oprollen van terroristische samenzweringen, en bij het bevrijden van Britse gijzelaar Judith Tebbutt uit Somalia. Zoals een ingewijde stelt: ‘Ze hebben aanleg en brengen weken in groot gevaar door. De meeste mensen waar ze achteraan zitten, beschouwen vrouwen als minderwaardig dus die hebben geen idee wat hen gebeurt.’ Voor de volledige vertaling van het stuk uit de Express zie