Jonge leraren beginnen vaak vol passie en goede bedoelingen met hun baan, maar raken al snel gedesillusioneerd en gooien dan het bijltje erbij neer. "Overal waar de maatschappij een leemte voelt, wordt naar het onderwijs gekeken om het op te lossen. Voeding, seksuele voorlichting, deradicalisering... Docenten van nu zijn halve opvoeders. Ga er maar aan staan als je 24 bent," vertelt Yvette van Eerten (58), lerares in Amsterdam aan Trouw. Bijna een kwart van de afgestudeerden van de pabo houdt er binnen vijf jaar mee op. In het voortgezet onderwijs stopt zelfs een derde van de docenten onder de dertig, blijkt uit cijfers van de Loopbaanmonitor Onderwijs. Onzekerheid over hun aanstelling, hoge werkdruk, bureaucratie en kritische ouders zijn veelgenoemde oorzaken. Jonge docenten krijgen te weinig begeleiding aan het begin van hun carrière, terwijl de omstandigheden in het onderwijs sterk veranderd zijn. John van Paridon (32) die in Noordwijkerhout scheikunde doceert kan er over meepraten. De gepromoveerde scheikundige ontdekte dat zijn hart in het onderwijs lag, maar liep al snel tegen zijn grenzen aan, vertelt hij in Trouw. "De school vroeg dingen die je van een beginnend docent echt niet kunt vragen: meer verschillende werkvormen, meer differentiëren. Zonder het te willen werd ik onderdeel van de zesjescultuur. Ik werkte zeven dagen per week. Na anderhalf jaar merkte ik dat ik het zo niet volhield."
"Tijdens mijn functioneringsgesprek werd ik voor mijn gevoel afgefakkeld," vervolgt hij. "In maart 2016 klapte ik eruit met een burn-out. Een paar maanden later hoorde ik dat mijn contract niet verlengd werd. Ik was helemaal klaar met het onderwijs. Ik ben geen slaaf!"
Bron(nen): Trouw