Kinderopvang kost in veel gevallen meer dan de maximum-uurprijs die landelijk is vastgesteld. Driekwart van de ouders betaalde vorig jaar voor zeker één kind een hoger tarief, berekende het CBS op basis van cijfers van de Belastingdienst.
Het staat kinderopvangorganisaties vrij om meer te vragen dan de maximumprijs. Het betekent echter wel dat ouders het verschil volledig voor eigen rekening krijgen. Tot het tarief van de maximum-uurprijs kunnen ze wel kinderopvangtoeslag vragen.
Vorig jaar kregen 700.000 ouders een dergelijke toeslag voor de opvang van iets meer dan 1 miljoen kinderen. Gemiddeld kostte de opvang bijna 9000 euro per jaar, waarvan ouders ruim 3200 euro zelf betaalden. Dat komt voor een belangrijk deel (bijna 2700 euro) omdat ze binnen de maximum-uurprijs een eigen bijdrage moeten betalen en deels (520 euro) omdat de kinderopvang een hoger tarief berekende.
Kinderopvangtoeslag
De kinderopvangtoeslag is afhankelijk van het inkomen van de ouders, maar ook van het soort opvang en hoeveel kinderen ze daar onderbrengen. Hoe meer kinderen, hoe hoger de toeslag, zag het CBS in de cijfers. Zo krijgen ouders met één kind in de opvang 62 procent vergoed, terwijl mensen die drie kinderen naar de opvang brengen 68 procent terugkrijgen.
Vorig jaar werden 19.000 kinderen meer opgevangen dan een jaar eerder, maar het aantal kinderen dat bij geregistreerde gastouders een plek vindt, daalde juist. In de buitenschoolse opvang vonden ruim 39.000 kinderen een tweede huis bij een gastouder, 6000 minder dan in 2022, in de dagopvang waren dat er bijna 77.000 (min 5000). In de kindercentra gingen bijna 515.000 baby's en peuters naar de dagopvang en 536.000 kinderen naar de buitenschoolse opvang.