Niet iedereen is een wijnkenner, toch serveer je graag een wijn die je gerecht nóg beter doet uitkomen. Hoe kies je dan de juiste?
Rtl Nieuws zette de belangrijkste tips op een rij:
Zoute, zilte of zure gerechten, die een zogezegd strak mond gevoel geven, vragen om een wijn met een hogere zuurgraad, waardoor het gerecht een wat rondere smaak krijgt. Denk aan een sauvignon blanc of een pinot noir.
Bij rood vlees serveer je een wijn met veel tannines, die in combinatie met het eiwit van het vlees de smaak verzachten. Neem bijvoorbeeld een Bordeaux of een Barolo.
Romige gerechten, zoals een pasta carbonara of een roomsaus, laat je het best tot hun recht komen met een ronde wijn, zoals een mooie Chardonnay maar ook een Merlot kan prima als je meer van rode wijn houdt.
Nog een regel: kies een intense wijn bij een intens gerecht. Denk aan een rode wijn met een stevige afdronk of een pittige Sauvignon blanc bij een gerecht met pesto. Een simpele wijn valt in het niet bij een ingewikkeld gerecht.
Vaak wil je de wijn in harmonie met je gerecht, maar niet altijd. Zo gaat een zoete port prima met een zoute kaas en passen zure wijnen goed bij gefrituurde gerechten.