Advocaat Geertjan van Oosten heeft alsnog een klacht ingediend bij de deken van de Orde van Advocaten tegen ex-advocaat Khalid Kasem. Hij stelt hiermee “een flagrante leugen over mij en mijn kantoor” aan de kaak.
In een door Peter R. de Vries in het geheim opgenomen gesprek vertelde Kasem dat het bij het kantoor van Van Oosten standaardpraktijk was om cliënten te helpen door ambtenaren om te kopen, of door ze geld te laten betalen op valse gronden.
Ook zei de televisiepresentator – die advocaat van onder anderen rapper Boef was en woordvoerder is van de familie van voetballer Abdelhak Nouri – dat hij geld had aangenomen van een cliënt met de belofte daarmee een ambtenaar van de Dienst Justitiële Inrichtingen om te kopen om iemand eerder vrij te krijgen. Dergelijke trucs waren aan de orde van de dag op het advocatenkantoor van Van Oosten waar Kasem eerder werkte, volgens hem.
De deken van de Amsterdamse Orde van Advocaten vond geen bewijs voor de vermeende omkoping, maar wel voor het doen van een valse belofte aan een cliënt. Kasem kwam er met een waarschuwing vanaf, maar hier legt Van Oosten zich niet bij neer.
De conclusie van de deken dat er geen bewijs is dat zijn kantoor zich bedient van dergelijke trucs vindt hij niet genoeg. Hij vindt dat de deken de zaak had moeten voorleggen aan de Raad van Discipline, de tuchtrechter voor de advocatuur. Van Oosten vindt de afdoening van de kwestie door de deken niet juist, schrijft De Telegraaf. Ook vindt hij het niet in de haak dat er geen aandacht is besteed aan het feit dat Kasem zijn kantoor volstrekt onterecht in een verkeerd daglicht heeft geplaatst.