Premier Kaja Kallas van Estland heeft kanttekeningen geplaatst bij de kandidatuur van Mark Rutte om topman te worden voor de NAVO. Ze noemt het belangrijk dat de volgende secretaris-generaal uit een land komt dat voldoet aan de NAVO-norm om 2 procent van het bruto binnenlands product (bbp) uit te geven aan defensie.
De Nederlander Rutte wordt gezien als serieuze kanshebber om dit jaar de Noor Jens Stoltenberg op te volgen als NAVO-topman. Hij heeft de steun van grote NAVO-landen. Kallas benadrukt tegenover een podcast van nieuwssite Politico dat ze zelf officieel geen kandidaat is om het bondgenootschap te leiden. "Maar ik zou graag overwogen worden."
Kallas merkt op dat Rutte alweer de vierde Nederlandse secretaris-generaal zou zijn, terwijl lidstaten uit haar regio nog geen enkele topman hebben geleverd. "Dat roept de vraag op of er eersterangs en tweederangs landen zijn in de NAVO. Zijn we gelijken of niet?"
Nederland haalt bovendien de NAVO-norm niet. "Die is tien jaar geleden vastgesteld, in 2014. En toch voldeden er vorig jaar maar elf landen aan", zegt Kallas. Die noemt ook positieve eigenschappen van Rutte. "Hij is premier geweest van een coalitieregering. Dan moet je verschillende partijen samenbrengen en compromissen vinden. Dat is ook een belangrijke kwaliteit."