Het aantal internationale studenten aan de Nederlandse universiteiten is gigantisch toegenomen. In het net gestarte collegejaar komt 40,8 procent van alle eerstejaars niet uit Nederland. De universiteiten piepen en kraken onder de grote aantallen studenten.
Demissionair minister Robbert Dijkgraaf van Onderwijs (D66) sprak tijdens de opening van het collegejaar aan de Universiteit Twente van 'de schaduwkanten van dit succes’: "Overvolle collegezalen, tekorten aan docenten en een gebrek aan studentenkamers. We hebben daarom naast een gaspedaal ook een rem en vooral een stuur nodig om internationalisering in balans te brengen”, aldus de minister.
Volgens CBS-cijfers nam het aantal internationale studenten toe van 115.000 vorig jaar tot 123.000 dit jaar. Het komt erop neer dat nu ruim twee op de vijf studenten niet-Nederlands is. Ons land is zo populair omdat vrijwel alle studies in het Engels worden aangeboden. De universiteiten en hogescholen doen dat bewust: zo trekken ze meer buitenlandse studenten en die betalen een veel hoger collegegeld dan Nederlanders.
Maar dat heeft dus nadelen. Ten eerste klagen medewerkers aan de universiteit over een te hoge werkdruk, is er geen woonruimte voor al die studenten en nauwelijks plaats in de collegezalen. Ook kunnen Nederlandse studenten soms niet de opleiding doen die ze willen, omdat buitenlandse studenten voorrang krijgen.
Studentensteden riepen internationale studenten al op niet hierheen te komen als ze nog geen kamer hadden gevonden. En Dijkgraaf besloot onlangs tot een verbod voor universiteiten om reclame te maken op internationale open dagen. Mogelijk volgen er meer maatregelen.