Weinig mensen hadden zo weinig trek om te vechten voor volk en vaderland als de Nederlanders. Maar de oorlog in Oekraïne heeft daar verandering in gebracht: bijna de helft wil het land verdedigen, blijkt uit onderzoek van Clingendael.
Een derde is niet bereid om de wapens op te pakken, de rest twijfelt. Dat is een enorme ommezwaai. Kort na de Russische inval in Oekraïne in februari 2022 was maar 16 procent van de Nederlanders bereid te gaan vechten. Nu is er nog een verschil tussen zeggen en doen, aldus Clingendael-directeur Monika Sie Dhian Ho
in De Telegraaf. "Een vragenlijst invullen en zeggen dat je wilt vechten, is nog wel wat anders dan echt de wapens oppakken als de Russen komen.”
Uit het onderzoek van het Haagse kennisinstituut blijkt verder dat Nederlanders vinden dat Europa sterker moet worden en minder afhankelijk van landen als Rusland, China en de VS. Veiligheid is samen met migratie zelfs het belangrijkste thema voor de Europese verkiezingen.
De dreigende gevaren zijn goed voor de saamhorigheid binnen de EU. Sie Dhian Ho: "Je ziet die draai ook bij nationalistische partijen. Als de geopolitiek echt ruig wordt, willen ze liever greep op de zaak houden en de EU een andere richting op krijgen dan eruit te stappen. Dat is een heel interessante wending.”