Hoe gaan Amsterdammers om met mensen aan de rand van de samenleving? Vier (ex)verslaafde, dakloze en/of psychiatrische patiënten kregen elk een verborgen camera mee en legden vast hoe er op hen werd gereageerd als zij iets vroegen. Zo wilde Robbie een potje met je kaarten, Will wilde hulp omdat zij de roltrap niet op durfde, Alexis kon zelf haar hand niet stilhouden om haar lippen te stiften en Mickey wilde bij je zitten in het park of je een knuffel geven.
In totaal werden 144 mensen gefilmd. Van hen konden er 25 worden bestempeld als behulpzaam. Dakloze Robbie vroeg 41 mensen of ze met hem wilden kaarten en vond er 3. Meer mensen (12 van de 20) waren bereid om bijstandsmoeder Will een drukke roltrap op te helpen. Drie van de 18 voorbijgangers hielpen drugsverslaafde Alexis met het aanbrengen van haar lippenstift. Ex-dakloze en voormalig drugsgebruiker Mickey was minder fortuinlijk. Hij vroeg 26 voorbijgangers om een knuffel en 1 dame was bereid hem te omhelzen. Als Mickey aan groepjes mensen in het park vroeg of hij er even bij mocht komen zitten, werd hij in 85% van de gevallen genegeerd of weggestuurd. Soms kreeg hij een appel of een stuk stokbrood mee.