Vanavond kan de Amerikaanse zwemmer Michael Phelps geschiedenis schrijven en de grootste olympiër ooit worden als hij op de 4x200 meter vrije slag (estafette) en de 200 meter vlinderslag eremetaal wint. Oud-turnster Larisa Latynina uit de voormalige Sovjet-Unie won tot nu toe de meeste olympische medailles ooit: maar liefst 18 plakken tussen 1954 en 1964. De 27-jarige zwemmer is op dit moment in het bezit van 17 medailles (14 gouden, twee bronzen en één zilveren). Als Phelps goud pakt op de 200 meter vlinder, is hij bovendien de eerste zwemmer die bij drie Spelen op rij hetzelfde nummer wint. Toch kent het zwemfenomeen tot nu toe een moeizaam toernooi. Op de 400 meter wisselslag eindigde hij slechts als vierde. Wel won hij al zilver op de 4x100 meter vrije slag met de Amerikaanse ploeg. Onlangs kondigde Phelps aan na de Spelen te zullen stoppen als professioneel zwemmer: zijn laatste kans dus om dit record (wat al 48 jaar op naam van de turnster staat) te verbreken.