Waterstof wordt al tientallen jaren
gepresenteerd als grote belofte voor schoon en efficiënt
personenvervoer, maar de technologie breekt niet door. Nu Shell
ondanks een mogelijke subsidie van 40 miljoen dollar heeft besloten
om te stoppen met het bouwen van nieuwe waterstoftankstations, lijkt
het pleit beslecht.
Het is de zoveelste tegenslag voor een
technologie waarbij dezelfde obstakels in de weg blijven staan. De
tankstations zijn peperduur om te bouwen, twee miljoen dollar per
stuk. Ook de waterstofauto's zelf zijn duur, groen waterstof is duur
en moeilijk verkrijgbaar, en er zijn in totaal in Californië slechts
18.000 waterstofauto's verkocht, ooit.
Nederland telt 3 waterstoftankstations,
Engeland is van 11 naar 5 teruggegaan, en Californië gaat er nu 7
van de 42 verliezen die door Shell worden gerund. “We bevestigen
dat Shell haar plan heeft stopgezet om extra tankstations voor lichte
voertuigen in Californië te bouwen en te exploiteren”, zegt een
Shell-woordvoerder van Shell tegen
Hydrogen Insight. “We zullen
blijven investeren in waterstof, met een focus op sectoren waarin
uitstoot moeilijk te verminderen is, zoals de industrie en zwaar
transport.”
De tweede waterstofaanbieder in de
Golden State, True Zero, heeft de prijs van een kilo waterstof
verhoogd van 13 dollar in 2021 naar 36 dollar nu. Het is op het
moment 14 keer goedkoper om in Californië een Tesla te rijden dan
een waterstofauto van Toyota, berekende Hydrogen Insight.