De ander aankijken als je met elkaar praat, het lijkt vanzelfsprekend. Toch doe je het lang niet zo vaak als je denkt, blijkt uit onderzoek.
Canadese onderzoekers gingen kijken hoe vaak mensen oogcontact maken tijdens een gesprek. “We ontdekten dat direct oog-in-oog-contact zeldzaam is. Dat is verrassend, want de tijd dat we elkaar recht in de ogen kijken, zelfs al is het maar een paar seconden, is een belangrijke factor voor het sociaal gedrag dat daarop volgt”, aldus experimenteel psycholoog Florence Mayrand van de McGill University.
Er was wel een manier om het oogcontact te stimuleren. “Als paren elkaar rechtstreeks in de ogen keken in het eerste deel, volgde de deelnemer wel vaker de blik van hun partner in het tweede deel van het experiment.”
Maar toch: het oogcontact bleef beperkt. “Slechts 12 procent van de interactieduur keken de twee mensen naar elkaars gezicht. Vooral de oog- en mondgebieden waren populair. Van die 12 procent, keek maar 3,5 procent elkaar recht in de ogen tijdens de babbel.”
Het is wel belangrijk om oogcontact te maken, benadrukken de onderzoekers. “In het verleden dacht men dat oogcontact tot een synchroon, vlot gesprek leidt”, zegt Thalia Wheatley, professor neuropsychologie aan Dartmouth. “Maar het is niet zo simpel. We maken pas oogcontact als onze pupillen in sync zijn, maar precies dat moment geeft ons ruimte om opnieuw weg te kijken. Daardoor heb je tijd om nieuwe gedachten te vormen, en weet je wat je vervolgens kunt zeggen. Hoe vaker dat gebeurt, des te levendiger en aangenamer het gesprek.”