Het snelle leven in de stad is anoniem en individualistisch. Daarom zouden stadsbewoners minder bereid zijn een ander te helpen, dan mensen die in een dorp wonen, zo luidt het vooroordeel. Daar klopt niets van blijkt uit een nieuwe studie.
Onderzoekers van het University College London (UCL) testten bijna 1400 keer in 12 steden en 12 dorpen of mensen een verloren brief op de bus deden, iets terugbrachten wat op de grond was gevallen of stopten om iemand de weg over te laten steken.
Ruim 55 procent van de mensen deed de brief op de bus, een derde hielp met het oprapen van gevallen spullen en iets meer dan 30 procent van de auto's stopte. De belangrijkste voorspeller van de hulp was niet de bevolkingsdichtheid, maar de welvaart van de buurt, waar het onderzoek plaatsvond.
,,In buurten waar het gemiddelde inkomen hoger lag, werd er vaker hulp aangeboden", schrijven de onderzoekers in vakblad
Proceedings of the Royal Society B. Volgens professor Nichola Raihani van UCL is onduidelijk of de mensen minder hielpen, omdat ze weinig geld hadden of dat het kwam omdat ze zich in een slechte buurt bevonden.
Bestaande literatuur wijst erop dat mensen, die het ontbreekt aan bestaanszekerheid, in de vorm van eten en onderdak, geneigd zijn om te investeren in kleine, hechte sociale netwerken. Daarbinnen is de bereidheid om elkaar te helpen heel groot, maar daarbuiten niet per se, zegt Raihani. ,,Want hulp bieden is een risico. Het kost jou iets om iemand te helpen en je weet niet of je daar wel iets voor terugkrijgt."