Wetenschappers gaan een gat van meer dan 5 kilometer in de Indische Oceaan boren. Er is nog nooit zo diep in de oceaan geboord. De wetenschappers willen het ontstaan van de planeet onderzoeken en weten waar die van binnen van is gemaakt. Ook willen ze ontdekken hoe de aardplaten bewegen. Om deze vragen te kunnen beantwoorden moeten ze tot de aardmantel boren, de aardlaag onder de aardkorst, en het grensgebied (genaamd de Mohorovic-discontinuïteit) ertussen verkennen. Op de gekozen locatie is de aardkorst dun en de oceaan maar 700 meter diep. Geoloog Steven Micklethwaite: 'Dit project is als een supergrote biopsie. Het kan de aarde doen schudden, niet door een aardbeving maar door een grondige verandering van hoe we de aarde begrijpen'. Een collega van Micklethwaite vindt het booronderzoek 'één van de grote wetenschappelijke ontdekkingsreizen van de eeuw'. Een andere geoloog: 'Zo'n diep gat zou een raam kunnen zijn op dingen die we nooit eerder hebben gezien'. Kortom, de verwachtingen zijn hoog. Bij eerdere boringen tussen 2002 en 2011 kwamen onderzoekers niet verder dan tot aan het fijne gesteente wat direct bovenop de aardmantel ligt. Vermoedelijk is het fijne gesteente afgekoeld magma. De boor kwam er niet doorheen. Of het deze keer gaat lukken, weten we pas over een tijdje. Tot 30 januari wordt eerst alleen nog maar de boor getest. In de tweede fase gaan ze 3 kilometer diep proberen te komen. In de derde fase komen ze hopelijk bij de aardmantel.
Bron(nen): de Volkskrant