Je kunt er niet zo heel veel aan doen of je van nature een optimist of een pessimist bent. Behoor je tot die laatste categorie dan heb je wel pech. Niet alleen ben je wellicht minder gelukkig, je loopt mogelijk ook meer kans op dementie.
Een nieuwe studie toont aan dat lange tijd negatief denken de kans op cognitieve achteruitgang later in het leven vergroot. Dat heeft te maken met de grotere aanmaak van twee schadelijke eiwitten die verantwoordelijk zijn voor de ziekte van Alzheimer.
"Wij vermoeden dat herhaaldelijk negatief denken een nieuwe risicofactor kan zijn voor dementie," zegt hoofdonderzoeker Natalie Marchant, psychiater aan het University College London. Samen met haar onderzoeksteam onderzocht ze 350 mensen van 55 jaar en ouder gedurende twee jaar.
Een derde van hen onderging ook nog een PET-scan om de afzettingen in de hersenen van het tau-eiwit en bèta-amyloïd te meten. De scans toonden aan dat mensen die vaker negatief dachten meer van de eiwitafzettingen hadden. Ook hadden ze een slechter geheugen en meer cognitieve achteruitgang in de vier jaar na het onderzoek vergeleken met optimistische mensen.
"In lijn met andere studies, die al een verband vonden tussen depressie en de kans op dementie verwachten wij ook dat chronisch negatief denken gedurende een lange periode het risico op dementie kan vergroten," zegt Marchant tegen CNN.
Eerdere onderzoeken ondersteunen de hypothese. Optimisten hebben minder kans op hart- en vaatziekten en andere voortijdige doodsoorzaken, zo bleek al uit
een studie uit 2019. Dat heeft er ook mee te maken dat optimisten gezonder eten en meer bewegen dan pessimisten. Mogelijk is de kans op dementie dus ook kleiner doordat positief ingestelde mensen in het algemeen gezonder leven.