Als de pompfunctie van het hart niet goed werkt, spreken we van hartfalen. Een pacemaker kan daarbij helpen, maar onderzoekers van de Johns Hopkins Universiteit menen dat deze therapie binnenkort vervangen zal kunnen worden door gerichte medicatie of gentherapie.
Cardiale Resynchronisatie Therapie (CRT) maakt gebruik van een pacemaker die wordt ingezet bij mensen waarbij de 2 harthelften niet tegelijk samentrekken. Om zijn werk goed te kunnen doen is de CRT-pacemaker (in tegenstelling tot een ‘gewone’ pacemaker) verbonden met beide delen van het hart. Het is bekend dat het apparaatje werkt door elektrische impulsjes aan het hart af te geven, maar tot nu toe was nog niet duidelijk wat deze impulsen precies teweegbrachten in het hart.
Nu is ontdekt welke moleculaire veranderingen door CRT worden veroorzaakt. En als bekend is welke stoffen in het hart gestimuleerd worden, kan hetzelfde effect wellicht ook met medicijnen of gentherapie bereikt worden bij patiënten die voorheen niet in aanmerking kwamen voor CRT. Het onderzoek is uitgevoerd op honden bij wie hartfalen was veroorzaakt. Deze honden zijn vervolgens met CRT behandeld. Uit metingen bleek dat na behandeling het hart gemakkelijker door signaalstoffen gestimuleerd kon worden.
Hoewel pacemakers goed hun werk doen, gaat er wel een operatie aan vooraf en kunnen ze van slag raken door bv. metaaldetectors. Wel zo makkelijk als hetzelfde effect ook met een pilletje bereikt kan worden.
Bron(nen): Noorderlicht