Vogelgriep op Antarctica: Massale pinguïn- en albatrossterfte aanstaande

Trekvogels hebben het vogelgriepvirus uit Zuid-Amerika meegenomen naar Bird Island, in de buurt van Antarctica. Het horrorscenario waar onderzoekers al maanden voor vrezen, namelijk een massasterfte onder pinguïns, albatrossen en andere vogels rond de Zuidpool, komt daarmee zo goed als zeker uit.

Roofmeeuwen op een eiland in Zuid-Georgia hebben het dodelijke virus onder de leden, heeft het onderzoeksstation de British Antarctic Survey laten weten. "Op het eiland komen veel vogelsoorten voor, zoals albatrossen en pinguïns. Deze zijn bevattelijk voor vogelgriep", legt vogelgriepdeskundige Thijs Kuiken van het Erasmus MC uit aan RTL Nieuws.

De grote jager is een zeevogel die jongen en eieren van andere vogels afpakt. "Hiermee komt de vogel in andere kolonies, en kan het virus dus worden verspreid", aldus Kuiken.

Er wordt gevreesd dat in sommige kolonies 50 tot 75 procent van de vogels zullen overlijden. "Vogels leven er dicht op elkaar, wat de verspreiding versnelt. Hele pinguïnkolonies kunnen omvallen." Het gaat jaren duren voor ze weer op het niveau van voor de vogelgrieppandemie zijn. "De pinguïn plant zich bijvoorbeeld maar eens per jaar voort. Albatrossen krijgen maar eens per twee of drie jaar een jong."

De meeste zeevogelsoorten zullen niet zo snel uitsterven. “Maar er zijn op sommige Antarctische eilanden inheemse soorten die alleen dáár voorkomen, en waarvan er maar enkele honderden zijn. Die lopen wel kans om door vogelgriep uit te sterven", besluit Kuiken.

Bron(nen): RTL Nieuws