Keith Richards rekent af met Jagger

Cultuur
zaterdag, 16 oktober 2010 om 00:00
welingelichtekringen header 1
Het is het ultieme sex, drugs & rock ’n roll verhaal, zegt Keith Richards over zijn autobiografie 'Life'. Maar uit voorpublicaties blijkt ook een hoog kletskousgehalte, vooral over Mick Jagger die volgens Richards een kleine pielemuis heeft en onuitstaanbaar is. Zoals hij zegt: 'Ik hield ooit van Mick, maar ik heb al in geen 20 jaar een voet in zijn kleedkamer gezet.' Hij heeft twee bijnamen voor Jagger: ‘Brenda’ en ‘Hare Majesteit’.
Natuurlijk moeten in een Rolling Stone-boek ook de Beatles het ontgelden, of zoals Richards ze noemt: ‘die klote Beatles’. John Lennon ‘was in veel opzichten een domme sul’ die bij Richards langs kwam om drugs te gebruiken. ‘Ik geloof niet dat John ooit anders dan horizontaal gestrekt mijn huis verliet’. Richards vertelde Lennon ook wat hij verkeerd deed: ‘Je gitaar hangt te hoog. Het is geen viool! Geen wonder dat je wel rockt, maar niet rollt.’
Jagger was, naar verluidt, niet blij met zijn hoofdrol en met name over een aantal zaken die hij in de drukproef las zwaar gepikeerd. Hij wilde dat ze geschrapt werden. Gek genoeg was dat de onthulling hij een zang coach had en niet de passage waar Richards beschrijft dat Jaggers geliefde Marianne Faithfull geen lol beleefde aan zijn kleine snikkel. ‘Ik weet dat hij wel een stel enorme ballen heeft, maar dat kon de leegte niet vullen.’ Wie zoiets over een –voormalig- vriend en kompaan schrijft, heeft iets te verhapstukken. En wat blijkt: Richards grote liefde Anita Pallenberg ging vreemd met Jagger. De gekwetste Richards schreef er de song 'Gimme Shelter' over. En zodra hij de kans had, ging hij naar bed met Jaggers vriendin Marianne Faithfull. 'Het was niet de eerste keer dat we over een vrouw vochten,' zegt Richards. 'We waren twee alfamannetjes die de strijd aangingen. Nog steeds, eigenlijk.' Zoals te verwachten valt spelen drugs een hoofdrol in het boek. Zo gebruikte Richards tientallen jaren lang 'een kampioensontbijt': een cocktail van heroïne en cocaïne. Maar toch behandelde hij naar eigen zeggen zijn lichaam als een tempel: door alleen kwaliteitsdrugs te gebruiken. Met de heroïne stopte Richards in 1976, maar het zou tot 2006 duren tot hij ook de cocaïne opgaf nadat hij in Fiji uit een kokosnotenboom viel en een levensreddende hersenoperatie nodig had. Hij stelt: ‘Ja, toen moest ik wel met de coke stoppen. Dan ga je van: Ik heb de boodschap begrepen, o Heer.’