Met de koersval die zich gisteren wereldwijd voordeed, betreden beleggers onbekend terrein, een gebied dat nog niet eerder in kaart is gebracht. Gedacht werd namelijk dat de Dow-Jonesindex niet onder de 7.000 puntengrens zou komen, zo schrijft Business Week in een analyse. Maar de koersen zijn maandag dwars door dat zogenoemde steunniveau gekelderd. Verondersteld werd dat beleggers een Dow van 7.000 als een mooi punt zouden beschouwen om weer aandelen te gaan kopen. In 2002 en 2003 daalden de koersen herhaaldelijk tot rond de 7.500 punten, om daarna weer op te veren. Die hoogte bleek in deze kredietcrisis al helemaal geen steunniveau, maar nu de koersen onder de 7.000 zijn gegaan en de S&P 500 onder de 800 punten, zijn beleggers iedere zekerheid kwijt. "Het beangstigt mensen dat geen enkel veiligheidsnet werkt. We zitten in een vrije val," zegt Uri Landesman van ING Investment Management. Sommige analisten zien nu een nieuw steunniveau op 700 punten voor de S&P 500. Als de koersen daaronder gaan, zou er weer een verkoopgolf van professionele beleggers kunnen komen.