DEN HAAG (ANP) - SBM Offshore krijgt een veel lagere boete voor het te laat informeren van beleggers over de gevolgen van omkopingszaken in Brazilië. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) legde in 2019 een boete van 2 miljoen euro op, maar na verzet door de maritiem dienstverlener hebben rechters de geldstraf verlaagd naar 675.000 euro.
De kwestie vloeit voort uit een groot corruptieschandaal bij SBM Offshore. Handelsagenten betaalden namens de Nederlandse bouwer van drijvende olieplatformen steekpenningen om lucratieve opdrachten binnen te halen van staatsoliebedrijven, onder andere in de voor SBM Offshore belangrijke markt Brazilië.
Volgens de AFM kwam bij SBM Offshore tussen 2012 en 2014 meerdere keren informatie binnen over mogelijke omkoping in Brazilië, die het beursgenoteerde bedrijf niet direct deelde met de buitenwereld. Volgens de toezichthouder ging het in vier gevallen om voorwetenschap, oftewel belangrijke kennis die bedrijven direct moeten delen met beleggers omdat die invloed kan hebben op de beurskoers. Het is illegaal om voorwetenschap achter te houden.
Maar het College van Beroep voor het bedrijfsleven vindt dat SBM Offshore in slechts één geval te laat was met het informeren van beleggers. De verlaging van de boete is definitief, omdat het college de eindrechter is in deze zaak.