De Nederlandse economie krimpt dit jaar met 6,4 procent. Dat is twee keer meer dan in de krediercrisis. Dit is de verwachting die De Nederlandsche Bank (DNB) maandag heeft uitgesproken in haar halfjaarlijkse raming. Een „historisch dieptepunt”, zei DNB-directielid Olaf Sleijpen tijdens een persconferentie.
DNB verwacht dat halverwege 2020 „langzaam maar gestaag” herstel intreedt, resulterend in een groei van het bruto binnenlands product met 2,9 procent in 2021 en 2,4 procent in 2022.
DNB schat in dat de economie al vanaf de tweede helft van dit jaar weer kan gaan groeien, omdat veel lockdownmaatregelen worden versoepeld. Het is logisch dat er dan snel weer groei optreedt, vooral voor sectoren die de afgelopen maanden helemaal of grotendeels stil lagen.
Maar dat wil niet zeggen dat het ergste al achter de rug is. De werkloosheid stijgt dit jaar naar verwachting naar 4,6 procent, dat was voor de crisis 2,9 procent. Maar de meeste mensen zullen pas volgend jaar hun baan verliezen door de crisis, voorspelt DNB.
In 2021 loopt de werkloosheid op naar 7,3 procent. Dat betekent dat er tegen die tijd zo’n 700.000 mensen zonder werk zitten die wel op zoek zijn naar werk.