De economische groei in Nederland trekt volgend jaar verder aan, tot 1,5 procent van het bruto binnenlands product. Dat is iets meer dan waar op Prinsjesdag van werd uitgegaan. Dat blijkt uit nieuwe ramingen van het Centraal Planbureau (CPB) donderdag.
Het herstel van de economie wordt vooral bevorderd door de lagere eurokoers en de lage olieprijs. Die zijn goed voor de export en voor de consumptie. De werkloosheid daalt van 605.000 mensen dit jaar naar 570.000 volgend jaar. Dat is 6,5 procent van de beroepsbevolking. Bij de overheid en in de zorg zijn minder banen, maar de werkgelegenheid stijgt bij de bedrijven.
Het herstel komt onder meer doordat de euro de afgelopen maanden 7 procent minder waard is geworden ten opzichte van de dollar. Daarbij zijn de olieprijzen 30 procent gedaald. Dat is allebei gunstig voor de Nederlandse economie. De export profiteert van de lagere euro en de consumptie neemt, mede door de lagere energieprijzen, toe.
Overheidsfinanciën
De aantrekkende groei is ook goed voor de overheidsfinanciën. Het begrotingstekort daalt volgend jaar verder, naar 1,8 procent. Bij Prinsjesdag werd nog uitgegaan van een tekort van 2,2 procent. Het tekort dit jaar komt uit op 2,8 procent, binnen de Europese norm van 3 procent. De naheffing die het kabinet moet betalen aan de EU is daarin verwerkt. De staatsschuld loopt volgend jaar nog wel iets op, naar 69,6 procent van de omvang van onze economie.
Volgens het CPB blijft het economisch herstel broos, maar groeit de consumptie toch harder dan dit jaar. De inflatie blijft laag, in lijn met de Europese prijsontwikkeling. De kans op langdurige deflatie - waarbij geld meer waard wordt en de prijzen dalen - is gering, aldus het CPB.
CPB-cijfers
De CPB-cijfers bevestigen voor minister Henk Kamp (Economische Zaken) dat het ,,economisch herstel weliswaar broos is, maar krachtiger doorzet. Dat steeds meer signalen op groen staan, is voor het kabinet een aansporing om vastberaden verder te gaan met het versterken van onze economie.''
De regeringspartijen VVD en PvdA riepen het kabinet op nu ,,koers te houden''. In de oppositie pleitte het CDA voor lagere en eenvoudigere belastingen ,,zodat er meer werkgelegenheid kan ontstaan en het mkb weer de motor van de Nederlandse economie kan worden''.