Een toename van hoogopgeleiden in een
stad leidt tot verdringing op de arbeidsmarkt. Dat blijkt uit onderzoek van het kennisinstituut Platform31, uitgevoerd door de Atlas voor Gemeenten en de Rijksuniversiteit Groningen. Grote steden zijn er dol op: hoogopgeleiden. 'Bijna elke stad in Nederland doet veel moeite om hoogopgeleiden aan te trekken,' zegt onderzoeker Roderik Ponds in de . 'Een van de argumenten die steden daarvoor gebruiken, is dat ook laagopgeleiden zouden profiteren van hun komst, door de toename aan laagopgeleid werk. Maar ook in steden met veel hoogopgeleiden als Amsterdam, Utrecht en Groningen is de werkloosheid onder laagopgeleiden hoog.' Voor elke honderd instromende hoogopgeleiden komen er tien
banen bij, voornamelijk in de horeca. Alleen worden die niet zoals verwacht ingevuld door laagopgeleiden. In Utrecht, Groningen en Amsterdam gaat het om duizenden banen waarvoor geen opleiding is vereist die worden vervuld door hoogopgeleiden. Deels komt dat doordat er een harde kern van bijstandsgerechtigden is in steden die minder kansrijk is op de arbeidsmarkt. Ook dingen laagopgeleiden uit omliggende gemeenten mee naar de nieuwe werkgelegenheid. Maar vooral speelt mee: hoe meer hoogopgeleiden in een stad, des te meer er onder hun niveau werken. Die extra banen leiden dus niet per se tot een lagere werkloosheid onder laagopgeleiden in een stad.