Inkomensongelijkheid heeft een behoorlijk negatief effect op de economische groei, concludeert de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) in een vandaag verschenen rapport. In Groot-Brittannië heeft de toegenomen inkomensongelijkheid 9 procent aan economische groei gekost tussen 1990 en 2010. Voor de VS geldt dat de groei daardoor 7 procent lager heeft uitgepakt. Secretaris-Generaal van de OESO Angel Gurría zegt dan ook: 'Voor een sterke en duurzame economische groei is het cruciaal om iets te doen aan de ongelijkheid'. Verder staat in het rapport dat inkomensnivellering door uitkeringen en belastingen geen negatieve gevolgen heeft voor de welvaartsgroei. In de 34 OESO-landen is de inkomensongelijkheid het hoogste in dertig jaar. Alleen in Griekenland en Turkije is deze afgenomen. Op dit moment verdient de rijkste 10 procent 9,5 keer zoveel als de armste 10 procent. Dat was in de jaren 80 nog maar 7 keer zoveel. Belangrijkste oorzaak is volgens de OESO een gebrek aan investeringen in onderwijs. Vooral kinderen van laagopgeleide ouders lijden daaronder. Hun kansen om te stijgen op de sociale ladder zijn in de loop der jaren sterk afgenomen.